Voorganger: Dr. P.J. van Midden
Organist: Dhr. Ad van Pelt
Ouderling: Mevr. Nel Griffioen
Diaken: Dhr. Steven de Feij
De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist
https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG
Orgelspel
Welkom en mededelingen
3e Adventskaars wordt aangestoken
Zingen Lied 444: 1.2.3 Nu daagt het
Stil gebed , Votum en groet
Zingen Psalm 141: 1.2.3 U Heer, roep ik…U geldt mijn spreken
Kyriëgebed
zingen Lied 441: 1.10 Hoe zal ik U ontvangen…
Gebed / nevendienst
Lezing van het Oude Testament door lector: Psalm 141
1Een psalm van David.
HEER, U roep ik aan, snel mij te hulp, luister naar mij nu ik tot U roep.
2Laat mijn gebed voor U zijn als reukwerk, mijn geheven handen als een avondoffer.
3Zet een wacht voor mijn mond, HEER, een post voor de deur van mijn lippen.
4Houd mijn hart ver van het kwaad, verleid het niet tot goddeloze daden met hen die onrecht bedrijven,
laat mij niet eten van hun lekkernijen.
5Zou een rechtvaardige mij slaan, het was mij een weldaad,
zou hij mij straffen, het was balsem op mijn hoofd.
Zou ik lijden onder de kwaden, dan nog bleef ik bidden,
6en werden hun leiders van de rotsen geworpen,
van mij hoorden ze woorden van deernis.
7Verspreid als de aarde, geploegd en omgewoeld,
ligt ons gebeente bij de muil van het dodenrijk.
8Maar HEER, mijn God, naar U zijn mijn ogen gericht,
bij U schuil ik, giet mijn leven niet weg als water.
9Behoed mij voor de strik die zij hebben gespannen,
voor de valkuil van hen die onrecht doen.
10Laat de goddelozen in hun eigen netten raken
en mij alleen ontkomen.
Zingen Lied: 462: 1.3.5 Zal er ooit een dag van vrede…
Lezing van het Evangelie: Lucas 1:5-25
Aankondiging van de geboorte van Johannes
5Toen Herodes koning van Judea was, leefde er een priester die Zacharias heette en tot de priesterafdeling van Abia behoorde. Zijn vrouw, Elisabet, stamde af van Aäron. 6Beiden waren rechtvaardig in Gods ogen en leidden een onberispelijk leven, geheel volgens de geboden en wetten van de Heer. 7Ze hadden geen kinderen, want Elisabet was onvruchtbaar, en beiden waren al op leeftijd. 8Toen de afdeling van Zacharias aan de beurt was om de priesterdienst te vervullen, 9werd er volgens het gebruik van de priesters geloot en werd Zacharias aangewezen om het reukoffer op te dragen in het heiligdom van de Heer. 10De samengestroomde menigte bleef buiten staan bidden terwijl het offer werd gebracht. 11Opeens verscheen hem een engel van de Heer, die aan de rechterkant van het reukofferaltaar stond. 12Zacharias schrok hevig bij het zien van de engel en hij werd door angst overvallen. 13Maar de engel zei tegen hem: ‘Wees niet bang, Zacharias, je gebed is verhoord: je vrouw Elisabet zal je een zoon baren, en je moet hem Johannes noemen. 14Vreugde en blijdschap zullen je ten deel vallen, en velen zullen zich over zijn geboorte verheugen. 15Hij zal groot zijn in de ogen van de Heer, en wijn of bier zal hij niet drinken. Hij zal vervuld worden van de heilige Geest terwijl hij nog in de schoot van zijn moeder is, 16en hij zal velen uit het volk van Israël naar de Heer, hun God, terugbrengen. 17Hij zal voor Hem uit gaan met de geest en de kracht van Elia, om ouders met hun kinderen te verzoenen en om van zondaars rechtvaardigen te maken, en zo zal hij voor de Heer een volk gereedmaken.’ 18Zacharias vroeg aan de engel: ‘Hoe kan ik weten of dat waar is? Ik ben immers een oude man en ook mijn vrouw is al op leeftijd.’ 19De engel antwoordde: ‘Ik ben Gabriël, die altijd in Gods nabijheid is, en ik ben uitgezonden om je dit goede nieuws te brengen. 20Maar omdat je geen geloof hebt gehecht aan mijn woorden, die op de voorbestemde tijd in vervulling zullen gaan, zul je stom zijn en niet kunnen spreken tot de dag waarop dit alles gaat gebeuren.’ 21De menigte stond buiten op Zacharias te wachten, en de mensen vroegen zich af waarom hij zo lang in het heiligdom bleef. 22Maar toen hij naar buiten kwam, kon hij niets tegen hen zeggen. Ze begrepen dat hij in het heiligdom een visioen had gezien; hij maakte gebaren tegen hen, maar spreken kon hij niet. 23Toen zijn tempeldienst voorbij was, ging hij terug naar huis. 24Korte tijd later werd zijn vrouw Elisabet zwanger. Ze leefde vijf maanden lang in afzondering en zei bij zichzelf: 25De Heer heeft zich mijn lot aangetrokken. Hij heeft dit voor mij gedaan opdat de mensen me niet langer verachten.
Zingen Lied: 464: 1.2.6.7 Een engel spreekt een priester aan
Overdenking
zingen Lied 216 (Dit is een morgen…)
Dankgebed en voorbede, afgesloten met gemeenschappelijk uitgesproken Onze Vader…
Diaconaal moment / collecte
Slotlied: lied 442: 1.2 Op U mijn Heiland
Zegen:
De Here zegene u en Hij behoede u.
De Here doe zijn aangezicht over u lichten
en zij u genadig. De Here verheffe zijn aangezicht over u en geve u vrede.
Gezongen Amen