Orde van dienst 3-november 2024 -ZWO

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman en ds. Wilbert van Saane
Organist:                             Dhr. Ad van Pelt
Ouderling:                          Dhr Robert Verhallen
Diaken:                               Dhr. J. Kalshoven

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Zingen                                  Psalm 138:4
Bemoediging en groet
V: Onze hulp is de Naam van de Heer,
G: Hij maakte hemel en aarde,

V: Hij is trouw, voor altijd,
G: Hij laat niet los wat Hij begon.

V: Genade en vrede van God de Vader,
Jezus Christus zijn Zoon, door de Heilige Geest.
G: Amen

Zingen                                  Lied 657:1,2,3,4
Schuldbelijdenis
Zingen: ‘Genade zo oneindig groot’
**
Genade, zo oneindig groot.
Dat ik, die ’t niet verdien
het leven vond, want ik was dood
en blind, maar nu kan ‘k zien.

Genade die mij heeft geleerd
te vrezen voor het kwaad.
Maar ook – als ik mij tot Hem keer
dat God mij nooit verlaat.

Want Jezus droeg mijn zondelast
en tranen aan het kruis.
Hij houdt mij door genade vast
en brengt mij veilig thuis.

Als ik daar in zijn heerlijkheid
mag stralen als de zon,
dan prijs ik Hem in eeuwigheid
dat ik genade vond

*
Genadeverkondiging
Moment met de kinderen
Kinderlied ‘Als je gelooft in de Here Jezus’
*
Als je gelooft in de Here Jezus,
dan komt er vrede in je hart.
Als je gelooft in de Here Jezus,
dan komt er vrede in je hart.

Vrede voor jou en iedereen
en voor de wereld om ons heen.
Vrede voor jou en iedereen
en voor de wereld om ons heen.

*

Jeremia 1: 1-19
Jesaja 1
1Visioen van Jesaja, de zoon van Amos, dat hij zag over Juda en Jeruzalem toen Uzzia, Jotam, Achaz en Hizkia in Juda regeerden.
Aanklacht tegen Israël en Jeruzalem
2Hoor toe, hemel, geef gehoor, aarde,
de HEER heeft gesproken:
Ik heb mijn kinderen opgevoed en grootgebracht,
maar ze zijn tegen Mij in opstand gekomen.
3Een rund herkent zijn meester
een ezel weet wie zijn voederbak vult,
maar Israël mist elk inzicht,
mijn volk leeft in onwetendheid.
4Wee dit ontrouwe volk, met schuld beladen,
volk van zondaars, verdorven geslacht.
Zij hebben de HEER verlaten,
de Heilige van Israël versmaad,
Hem de rug toegekeerd.
5Ben je niet genoeg geslagen,
verzet je je nog altijd?
Heel je hoofd doet pijn, heel je hart is ziek.
6Van voetzool tot kruin, niets is ongeschonden:
een en al wonden en builen en striemen,
niet verbonden, niet verzorgd, niet met olie verzacht.
7Je land is verwoest, je steden zijn verbrand.
Vreemden stropen onder je ogen de akkers af,
vreemdelingen maken alles tot een woestenij.
8Wat rest er nog van Sion?
Het is als een hut in een wijngaard,
een schuilhut in een komkommerveld,
een stad in het nauw.
9Had de HEER van de hemelse machten
ons niet een laatste rest gelaten,
het zou ons zijn vergaan als Sodom en Gomorra.
10Hoor de woorden van de HEER, leiders van Sodom,
geef gehoor aan het onderricht van onze God, volk van Gomorra.
11Wat moet Ik met al jullie offers? – zegt de HEER.
Ik heb genoeg van het vlees van jullie schapen,
van het vet van jullie kalveren;
het bloed van stieren, rammen en bokken wil Ik niet meer.
12En wanneer jullie voor Mij verschijnen –
wie heeft je gevraagd mijn voorhoven plat te lopen?
13Houd op met die zinloze offergaven.
Ik heb een afschuw van jullie wierook;
jullie feesten, nieuwemaan en sabbat,
ik duld ze niet naast al dat wangedrag.
14Van jullie nieuwemaan, van ál jullie feesten heb Ik een afkeer,
ze hinderen Mij, Ik kan ze niet langer verdragen.
15Wanneer jullie je handen opheffen, wend Ik mijn ogen af,
ook als je aanhoudend bidt, luister Ik niet.
Aan jullie handen kleeft bloed!
16Was je, reinig je,
maak een eind aan je misdaden,
Ik kan ze niet meer zien.
Breek met het kwaad
17en leer goed te doen.
Zoek het recht, houd tirannen in toom,
kom op voor wezen, sta weduwen bij.
18De HEER zegt: Laten we zien wie er in zijn recht staat.
Al zijn je zonden rood als scharlaken, ze worden wit als sneeuw,
al zijn ze rood als purper, ze worden wit als wol.
19Als je weer naar Mij wilt luisteren,
zal het beste van het land je ten deel vallen.

Zingen                                  Lied 927:1,3,5
Preek
Zingen                                  Lied 678:1,6,7,8

Geloofsbelijdenis (gezongen)

Voorbeden met responsie lied 367e
Onze Vader
Inzameling van de gaven
Zingen                                  lied 802:1,4
Zegen
Gezongen amen

Orde van dienst 27 oktober 2024 – bediening HA

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman
Organist:                             Dhr. Sjaak Warnaar
Ouderling:                          Mevr. Nel Griffioen
Diaken:                               Dhr. Steven de Feij

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen         
Zingen                                  psalm 147:1,5
Votum en groet
Zingen                                  lied 712:1,2,3,4
Schuldbelijdenis
Zingen                                  psalm 130:1,2
Genadeverkondiging
Zingen                                  psalm 130:3,4
Moment met de kinderen
Gebed
Zingen: “Als je gelooft in de Here Jezus”

Als je gelooft in de Here Jezus,
dan komt er vrede in je hart.
Als je gelooft in de Here Jezus,
dan komt er vrede in je hart.

Vrede voor jou en iedereen
en voor de wereld om ons heen.
Vrede voor jou en iedereen
en voor de wereld om ons heen.


Schriftlezing Ester 2: 1-18
Ester als koningin gekozen

1Na verloop van tijd, toen de woede van koning Ahasveros bedaard was, gingen zijn gedachten weer uit naar Wasti; hij overdacht wat ze had gedaan en wat er over haar besloten was. 2Zijn kamerdienaars opperden: ‘Er zouden voor de koning mooie jonge meisjes gezocht moeten worden, meisjes die nog maagd zijn. 3De koning zou in alle provincies van zijn rijk gevolmachtigden moeten aanstellen met de opdracht op zoek te gaan naar de mooiste meisjes en die bij elkaar te brengen in de burcht van Susa, in het vrouwenverblijf. Daar zouden ze onder toezicht van Hegai moeten worden gesteld, de eunuch die de koning als haremwachter dient, en een schoonheidsbehandeling moeten krijgen. 4En het meisje dat de koning het meest bevalt, zou dan koningin moeten worden in de plaats van Wasti.’ Dit voorstel vond instemming bij de koning en hij voerde het uit.
5Nu woonde er in de burcht van Susa een zekere Mordechai, een Jood. Hij was een zoon van Jaïr, de zoon van Simi, de zoon van Kis, uit de stam Benjamin. 6Hij was een van de ballingen uit Jeruzalem die samen met Jechonja, de koning van Juda, door koning Nebukadnessar van Babylonië in ballingschap waren weggevoerd. 7Deze Mordechai was de pleegvader van Hadassa, ook Ester genoemd, die een nicht van hem was en geen vader en moeder meer had. Na de dood van haar ouders had Mordechai haar als dochter aangenomen. Het meisje was mooi en aantrekkelijk. 8Toen nu het besluit van de koning in een verordening bekend was gemaakt en er veel meisjes bij elkaar werden gebracht in de burcht van Susa, waar ze onder toezicht van Hegai kwamen te staan, werd ook Ester naar het koninklijk paleis overgebracht en onder toezicht van deze haremwachter gesteld. 9Het meisje beviel hem en won zijn gunst. Daarom liet hij haar zonder uitstel de schoonheidsbehandeling en het voorgeschreven voedsel geven en stelde hij zeven voortreffelijke dienaressen uit het koninklijk paleis tot haar beschikking. Bovendien bracht hij haar samen met deze dienaressen over naar het mooiste gedeelte van het vrouwenverblijf. 10Ester had niet verteld uit welk volk of welke familie ze stamde; Mordechai had haar namelijk op het hart gedrukt dit niet bekend te maken. 11En iedere dag wandelde Mordechai langs de voorhof van het vrouwenverblijf om te weten te komen hoe het met Ester ging en wat er met haar zou gebeuren.
12Een meisje was aan de beurt om bij koning Ahasveros te komen wanneer na twaalf maanden haar schoonheidsbehandeling overeenkomstig de voorschriften voor de vrouwen voltooid was: zes maanden werd ze behandeld met mirreolie, zes maanden met balsem en andere schoonheidsmiddelen. 13En telkens als er een meisje na deze voorbereiding naar de koning ging, werd haar uit het vrouwenverblijf alles wat ze wenste meegegeven naar het koninklijk paleis. 14’s Avonds ging ze daar naar binnen, ’s morgens keerde ze terug; ze kwam dan in een ander deel van het vrouwenverblijf, dat onder toezicht stond van Saäsgaz, de eunuch die de koning diende als bewaker van de bijvrouwen. Ze ging niet opnieuw naar de koning, tenzij hij haar begeerde en zij persoonlijk bij hem werd ontboden.
15Toen het de beurt was van Ester – de dochter van Abichaïl, die een oom was van haar pleegvader Mordechai – verlangde zij niets anders mee te nemen dan wat haar werd aangeraden door Hegai, de eunuch die de koning als haremwachter diende. En allen die Ester zagen, keken vol bewondering naar haar. 16Zo werd Ester bij koning Ahasveros gebracht, in het koninklijk paleis, in het zevende jaar van zijn regering, in de tiende maand, de maand tebet. 17En de koning voelde voor Ester meer liefde dan voor alle andere vrouwen, meer dan alle andere meisjes verwierf zij zijn gunst en genegenheid. Daarom deed hij haar de koninklijke hoofdband om en maakte haar koningin in de plaats van Wasti. 18De koning richtte een groot feestmaal aan voor al zijn rijksgroten en hoge functionarissen, het Feestmaal van Ester. Ook kondigde hij voor alle provincies een rustdag af, en met een vrijgevigheid die men van een koning mag verwachten deelde hij geschenken uit.

Preek
Zingen: “Al zou de vijgeboom niet bloeien” (Evangelische Liedbundel 56)
Al zou de vijgeboom niet bloeien, geen opbrengst aan de wijnstok zijn,
toch zal mijn beker overvloeien, want Jezus schenkt mij vreugdewijn.
Al draagt ook de olijf geen vrucht en ontbreekt het koren op het veld
met Hem heb ik geen kwaad te duchten die zelfs mijn hoofdhaar heeft geteld.

Al loopt geen schaap meer in de weide en staat geen rund meer in de stal,
toch zal ik mij in Hem verblijden, die is, die was en komen zal.
Hij maakt mijn voeten als der hinden, zodat ik op mijn hoogten treed.
‘k Zal mij aan zijn beloften binden, en word met zijn gezag bekleed.

Al kwellen ziekten, zorgen, machten, ik zal hen met Gods woord verslaan.
Ik blijf zijn beeld in mij verwachten, al klaagt de boze mij ook aan.
Nochtans, ja nochtans zal ik juichen: De HERE Here is mijn kracht,
en ied’re vijand zal zich buigen voor Hem die alles heeft volbracht.

Lezen van het Avondmaalsformulier en gebed
Zingen                                  psalm 107:1,2,3
Viering van het Heilig Avondmaal
Zingen                                  Psalm 103c: 3,4
Zingen                                  lied 978:3,4
Zegen
Gezongen Amen

Orde van dienst 20 oktober 2024

Voorganger:                      ds. G.E. van der Hout, Lekkerkerk
Organist:                            Drs. Ad van Pelt
Muz. Medewerking        Zangvereniging Con Amore o.l.v Wim Kusee
Ouderling:                         Dhr.. Robert Verhallen
Diaken:                              Dhr. J. Kalshoven

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Zingen                                  Psalm 143: 8,9  
Votum en groet
Con Amore zingt              Wees mijn verlangen

  1. Wees mijn verlangen, o Heer van mijn hart,
    Leer mij U kennen in vreugde en smart.
    Laat mijn gedachten op U zijn gericht,
    Wakend of slapend, vervuld van Uw licht.
  2. Geef mij Uw wijsheid, Uw woorden van eer,
    Dat ik in U blijf en U in mij, Heer,
    U als mijn Vader, en ik als Uw kind,
    Dat in Uw armen geborgenheid vindt.
  3. Geef mij Uw schild en Uw zwaard in de strijd,
    Maak mij tot machtige daden bereid.
    Wees als een burcht, als een toren van kracht,
    Wijs mij omhoog waar Uw liefde mij wacht.
  4. Wat baat mij rijkdom of eer van een mens:
    Bij U te wonen is al wat ik wens,
    Met als beloning dat ik op U lijk;
    Hemelse koning, pas dan ben ik rijk.
  5. Hemelse Koning, die het kwaad overwon,
    Als ik daar kom in het licht van Uw zon,
    Stralend van vreugde, getooid als een bruid,
    Gaat mijn verlangen nog meer naar U uit.

Gebed om ontferming
Con Amore zingt              Verleih uns Frieden

Verleih uns Frieden gnädiglich,
Herr Gott, zu unsern Zeiten
Es ist doch ja kein Andrer nicht,
Der für uns könnte streiten.
Denn du, unser Gott aleine.

Vertaling:
Schenk ons ​​genadig de vrede ,
Heer God, in onze tijd
Is er is niemand anders,
Die het voor ons kan opnemen
voor jou, alleen onze God.

Woord van genade
Con Amore en gemeente zingen: Alle eer en alle glorie

  1. (koor)
    Alle eer en alle glorie geldt de luisterrijke naam!
    Viert de vrede die Hij heden uitroept over ons bestaan.
    Aangezicht, vol van licht, zie ons met ontferming aan!
  2. (koor + gemeente)
    Alle eer en alle glorie geldt de Zoon, de erfgenaam!
    Als genade die ons toekomt is Hij onze nieuwe naam.
    Licht uit licht, vergezicht, steek ons met uw stralen aan.
  3. (koor + gemeente)
    Alle eer en alle glorie geldt de Geest, die leven doet,
    Die de eenheid in ons ademt, vlam die ons vertrouwen voedt!
    Levenszon, liefdesbron, maak de tongen los voorgoed!

Gebed
Schriftlezing: Genesis 44: 27- 45: 7

27Maar mijn vader zei: “Zoals jullie weten heeft mijn vrouw mij twee zonen gebaard. 28De ene ging bij mij weg en ik ben er vast van overtuigd dat hij verscheurd is; ik heb hem tot nu toe niet teruggezien. 29Als jullie nu ook de andere bij mij weghalen en er overkomt hem iets, dan zou ik, die al zo oud ben, door jullie schuld van ellende in het dodenrijk komen.” 30Dus, heer, als ik bij mijn vader terugkom zonder de jongen, aan wie hij zo verknocht is, 31dan kan het niet anders of hij sterft wanneer hij ziet dat de jongen er niet bij is; door het verdriet dat wij hem daarmee zouden aandoen, zou onze oude vader in het dodenrijk komen. 32Ik heb mij bij mijn vader borg gesteld voor de jongen; ik heb hem gezegd dat hij het mij mijn leven lang mag aanrekenen als ik de jongen niet terugbreng. 33Staat u daarom alstublieft toe, mijn heer, dat ik als slaaf bij u blijf in plaats van de jongen, en dat hij met zijn broers terugreist. 34Hoe zou ik immers zonder die jongen naar mijn vader kunnen teruggaan? Ik zou het verdriet dat mijn vader dan treft, niet kunnen aanzien.’
Genesis 45

1Toen kon Jozef zich niet langer goed houden tegenover allen die daar bij hem waren. ‘Laat iedereen weggaan!’ riep hij. Zo was er niemand bij toen Jozef zijn broers vertelde wie hij was. 2Hij barstte in tranen uit en huilde zo luid dat de Egyptenaren het hoorden en dat het ook in het paleis van de farao te horen was. 3Hij zei tegen zijn broers: ‘Ik ben het, Jozef! Leeft mijn vader nog?’ Zijn broers waren niet in staat antwoord te geven, ze waren verlamd van schrik. 4‘Kom toch dichterbij,’ zei Jozef tegen hen, en daarop gingen ze dichter naar hem toe. ‘Ik ben Jozef,’ zei hij, ‘jullie broer, die jullie verkocht hebben en die naar Egypte is meegevoerd. 5Maar blijf kalm en maak jezelf geen verwijten dat jullie mij verkocht hebben en dat ik hier ben terechtgekomen, want God heeft mij voor jullie uit gestuurd om jullie leven te redden. 6Er heerst nu al twee jaar hongersnood in het land, en ook de komende vijf jaar zal er niet geploegd of geoogst worden. 7God heeft mij voor jullie uit gestuurd om jullie voortbestaan op aarde veilig te stellen; zo wilde Hij veel levens redden.

Gemeentezang           Psalm 146: 2, 3, 4, 5
Preek

Con Amore zingt              For you are Lord

Lord of us all, your name is known
Known for evermore, for always.
Light of the world, mighty and strong
We will praise your name, for always.
For you are Lord, we lift our voices high,
And praise your neverending love.

For you are Lord, there is nothing that can keep us
From giving our song to your holy name.
Though not the same, let us be one.
Bind us with your love, for always.
Your spirit Lord, must rule our hearts,
Shine through all our lives, for always,

For you are Lord, we lift our voices high,
And praise your neverending love.
For you are Lord, there is nothing that can keep us
From giving our song to your holy name.

Abide with me, fast falls the eventide.
The darkness deepens, Lord with me abide.
When other helpers fail, and comforts flee,
Help of the helpless, oh, abide with me.

For you are Lord, we lift our voices high,
And praise your neverending love.
For you are Lord, there is nothing that can keep us
From giving our song to your holy name.
For You are Lord. For you are Lord!


Geloofsbelijdenis
Gebeden
Con Amore zingt              Voor ieder land (refrein met gemeente)

1.Voor ieder land waar oorlog is. Bidden wij tot U o Heer.
Voor ieder mens in duisternis. Bidden wij tot U o Heer.
Voor ieder mens die geen vreugde heeft. Bidden wij tot U o Heer.
Voor ieder die in wanhoop leeft, Bidden wij tot U o Heer.

Refr:
Want U kunt ons bevrijden, U hebt daartoe de kracht.   ) 2x
In Uw hand zijn de tijden. In U is alle macht.                       )


2.Voor ieder die in vrede leeft, Bidden wij tot U o Heer.
Voor ieder die naar hoogheid streeft, Bidden wij tot U o Heer.
Voor ieder die op aarde leeft, Bidden wij tot U o Heer.
Voor ieder die hier onrecht heeft, Bidden wij tot U o Heer.

Refr:
Want U kunt ons bevrijden, U hebt daartoe de kracht.   ) 2x
In Uw hand zijn de tijden. In U is alle macht.                       )

Amen

Inzameling der gaven
Con Amore zingt              Neem mijn leven, laat het, Heer’
                                    (coupletten 4,5 en 6 met gemeente)

  • 1 (koor)

Neem mijn leven, laat het Heer
Toegewijd zijn aan uw eer.
Maak mijn uren en mijn tijd
Tot uw lof en dienst bereid.

  • 2 (koor)

Neem mijn handen, maak ze sterk,
Trouw en vaardig tot uw werk.
Maak dat ik mijn voeten zet
Op de wegen van uw wet.

  • 3 (koor)

Neem mijn zonden en mijn schuld,
In ’t beleid van uw geduld.
Maak dat ik, opstandig kind,
Steeds de weg tot u hervindt.

  • 4 (koor + gemeente)

Neem, o trooster mijn verdriet,
Gij veracht mijn tranen niet.
Maak dat ook in mij uw kracht,
Steeds in zwakheid wordt volbracht.

  • 5 (koor + gemeente)

Neem ook mijne liefde Heer,
‘k Leg voor u haar schatten neer.
Neem mijzelf en voor altijd,
Ben ik aan u toegewijd.

  • 6 (koor + gemeente)

Neem mijn leven, laat het Heer,
Toegewijd zijn aan uw eer.
Maak mijn uren en mijn tijd,
Tot uw lof en dienst bereid.
Amen.

Heenzending en zegen
Gezongen Amen

Orde van dienst 29 september 2024

Voorganger:                      dhr. R.W, Baas, Gouda
Organist:                            Dhr. Ad van Pelt
Ouderling:                          Mevr. Nel Griffioen
Diaken:                               Dhr. J. Kalshoven

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist
https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Mededelingen
Intochtslied                                       psalm 146  vers  1  en 3
Stil gebed
Votum en Groet
Verootmoediging/ geboden
zingen                                                  Psalm 86 vers 2
Gebed bij de opening van het Woord
Schriftlezing(en)
Mattheus   5   vers   1-12   (de zaligsprekingen) uit Herziene St.Vertaling
De zaligsprekingen

1Toen Jezus de menigte zag, ging Hij de berg op, en nadat Hij was gaan zitten, kwamen Zijn discipelen bij Hem.
2En Hij opende Zijn mond en onderwees hen. Hij zei:
3Zalig zijn de armen van geest, want van hen is het Koninkrijk der hemelen.
4Zalig zijn zij die treuren, want zij zullen vertroost worden.
5Zalig zijn de zachtmoedigen, want zij zullen de aarde beërven.
6Zalig zijn zij die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden.
7Zalig zijn de barmhartigen, want aan hen zal barmhartigheid bewezen worden.
8Zalig zijn de reinen van hart, want zij zullen God zien.
9Zalig zijn de vredestichters, want zij zullen Gods kinderen genoemd worden.
10Zalig zijn zij die vervolgd worden om de gerechtigheid, want van hen is het Koninkrijk der hemelen.
11Zalig bent u als men u smaadt en vervolgt, en door te liegen allerlei kwaad tegen u spreekt, omwille van Mij.
12Verblijd en verheug u, want uw loon is groot in de hemelen, want zo hebben ze de profeten vervolgd die er vóór u geweest zijn.

zingen                                                  Psalm   145   vers  1  en  6

Uitleg en prediking
Meditatief orgelspel

zingen                                                  Gezang 428   uit Liedboek voor de kerken   
                                                               Jezus mijn verblijden,…..alle coupletten

1             Jezus, mijn verblijden,
voor mijn hart de weide,
waar het vrede vindt,
’t hart dat in verlangen
naar U is bevangen,
dat U zo bemint.
Lam, o kom, mijn Bruidegom.
Buiten U is niets op aarde
zo beminnenswaardig
.

2             Als Gij mij wilt hoeden,
ben ik voor het woeden
van de vijand vrij.
Laat de satan tieren
en zijn zege vieren,
Jezus staat mij bij.
Lijkt het wel of dood en hel
over mij schijnt los te breken,
Jezus is mijn vrede.

3             Wat gij ook aan schatten,
                wereld, moogt bevatten,
                Jezus is mijn lust.
                Ach, wat zou ik wensen
                eer en hoop der mensen,
                elders is mijn rust.
                Smaad en nood en kruis en dood
                zal mij, wat ik ook moet lijden,
                niet van Jezus scheiden.

4            Wat zou ik nog treuren,
  als de Heer der vreugde,
Jezus binnenschrijdt!
Zij die God beminnen
zullen vreugde winnen
ook uit bitterheid.
Of mij ’t kwaad naar ’t leven staat,
toch zijt Gij ook in mijn lijden,
Jezus, mijn verblijden.

Geloofsbelijdenis ( staande: gelezen)
Dankgebed en voorbede
Collecte
Slotlied.   Gezang 429 LVDK :   Wie maar de goede God laat zorgen….
1             Wie maar de goede God laat zorgen
                en op Hem hoopt in ’t bangst gevaar,
                is bij Hem veilig en geborgen,
                die redt Hij godlijk, wonderbaar:
                wie op de hoge God vertrouwt,
                heeft zeker op geen zand gebouwd.

Heenzending en zegen
Gezongen Amen

Orde van dienst 15 september 2024

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman
Organist:                             Dhr. Arie van Blaaderen
Ouderling:                          Mevr. Nel Griffioen
Diaken:                               Dhr. J. Kalshoven

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Zingen                                  psalm 86:1
Votum en groet
Zingen                                  lied 73:6,10
Schuldbelijdenis en genadeverkondiging
Zingen: Leer mij uw weg, O Heer

Leer mij Uw weg, o Heer,
Leer mij Uw weg.
Schenk van Uw kracht mij meer,
Leer mij Uw weg.

Houd mij in evenwicht,
Dat ‘k voor Uw aangezicht,
Wandel in ’t volle licht,
Leer mij Uw weg.

Hoe ook mijn toestand wordt,
Leer mij Uw weg.
’t Leven zij lang of kort,
Leer mij Uw weg.

Is dan mijn loop volbracht,
Vrees ik geen dood of macht,
Daar mijn ziel U verwacht,
Leer mij Uw weg.

Wat ook dit leven brengt,
Hij is nabij.
’t Zij vreugd of droefheid schenkt,
Hij is nabij.

Hoe sterk ook satans macht,
Jezus geeft licht en kracht,
Ieder, die Hem verwacht:
Hij is nabij.

Moment met de kinderen
Zingen: Je hoeft niet bang te zijn

Je hoeft niet bang te zijn,
al gaat de storm tekeer,
leg maar gewoon je hand,
in die van onze Heer.

Je hoeft niet bang te zijn,
als oorlog komt of pijn.
De Heer zal als een muur,
rondom je leven zijn.

Je hoeft niet bang te zijn,
al gaan de lichten uit.
God is er en Hij blijft,
als jij je ogen sluit.

Gebed
Schriftlezing: 1 Koningen 19:1-16
1Achab vertelde Izebel alles wat Elia had gedaan, ook dat hij alle profeten ter dood had gebracht. 2Toen liet Izebel Elia de volgende boodschap overbrengen: ‘De goden mogen met mij doen wat ze willen als u morgen om deze tijd niet hetzelfde lot ondergaat als zij.’ 3Elia werd bang en vluchtte om zijn leven te redden. Bij Berseba in Juda aangekomen liet hij zijn knecht achter 4en zelf trok hij één dagreis ver de woestijn in. Daar ging hij onder een bremstruik zitten, verlangend naar de dood, en zei: ‘Het is genoeg geweest, HEER. Neem mijn leven, want ik ben niet beter dan mijn voorouders.’ 5Hij viel onder de bremstruik in slaap, maar er kwam een engel, die hem aanraakte en zei: ‘Sta op en eet wat.’ 6Elia keek op en ontdekte naast zijn hoofd een brood, in gloeiende kooltjes gebakken, en een kruik water. Nadat hij had gegeten en gedronken ging hij weer onder de struik liggen. 7Maar de engel van de HEER kwam terug, raakte hem opnieuw aan en zei: ‘Sta op en eet wat, anders is de reis te zwaar voor je.’ 8Elia stond op, en toen hij had gegeten en gedronken liep hij, gesterkt door dit voedsel, veertig dagen en veertig nachten door de woestijn, tot hij bij de Horeb kwam, de berg van God. 9Daar ging hij een grot binnen om er de nacht door te brengen.
Toen richtte de HEER zich tot hem met de woorden: ‘Elia, wat doe je hier?’ 10Elia antwoordde: ‘Ik heb me met volle overgave ingezet voor de HEER, de God van de hemelse machten, maar de Israëlieten hebben uw verbond met hen naast zich neergelegd, uw altaren verwoest en uw profeten gedood. Ik ben als enige overgebleven, en nu hebben ze het ook op mijn leven voorzien.’ 11‘Kom naar buiten,’ zei de HEER, ‘en treed hier op de berg voor Mij aan.’ En daar kwam de HEER voorbij. Er ging een grote, krachtige windvlaag voor de HEER uit, die de bergen spleet en de rotsen aan stukken sloeg, maar in die windvlaag bevond de HEER zich niet. Na de windvlaag kwam er een aardbeving, maar in die aardbeving bevond de HEER zich niet. 12Na de aardbeving was er vuur, maar in dat vuur bevond de HEER zich niet. Na het vuur klonk het gefluister van een zachte bries. 13Toen Elia dat hoorde, sloeg hij zijn mantel voor zijn gezicht. Hij kwam naar buiten en ging in de opening van de grot staan. Toen klonk een stem, die tegen hem zei: ‘Elia, wat doe je hier?’ 14Elia antwoordde: ‘Ik heb me met volle overgave ingezet voor de HEER, de God van de hemelse machten, maar de Israëlieten hebben uw verbond met hen naast zich neergelegd, uw altaren verwoest en uw profeten gedood. Ik ben als enige overgebleven, en nu hebben ze het ook op mijn leven voorzien.’ 15De HEER zei tegen Elia: ‘Keer terug en ga naar de woestijn van Damascus. Daar aangekomen moet je Hazaël tot koning van Aram zalven. 16Jehu, de zoon van Nimsi, moet je zalven tot koning van Israël, en Elisa, de zoon van Safat, uit Abel-Mechola, moet je tot je eigen opvolger zalven.


Zingen                                  lied 283:1,2,3,4,5
Preek
Zingen                                  lied 62:1,5
Geloofsbelijdenis (gezongen)
Dankgebed, voorbeden, Onze Vader
Collecte
Zingen                                  lied 686:1,2,3
Zegen
Gezongen Amen

Orde van dienst 8 september 2024

Voorganger:                      ds. C. de Jong, Houten
Organist:                             Dhr. Jan Willem Hueting
Ouderling:                          Mevr. Nel Griffioen
Diaken:                               Dhr. J. Kalshoven

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist
https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Intochtslied                 psalm 95: 1
Stil gebed
Votum en Groet
Zingen                         Lied 216
Gebed van verootmoediging
Zingen                         Lied 221: 3
Genadeverkondiging
Gebed bij de opening van het Woord
Kinderlied

Schriftlezing
Kolossenzen    1: 9-14
9Daarom bidden wij onophoudelijk voor u, vanaf de dag dat we dat gehoord hebben. We vragen dat u Gods wil ten volle mag leren kennen door de wijsheid en het inzicht die zijn Geest u schenkt. 10Dan zult u leven zoals het past tegenover de Heer, Hem volkomen welgevallig. U zult vrucht dragen door al het goede dat u doet, uw kennis van God zal groeien 11en u zult door zijn luisterrijke macht de kracht ontvangen om alles vol te houden en alles te verdragen. 12Breng dus met vreugde dank aan de Vader. Hij stelt u in staat om te delen in de erfenis die alle heiligen wacht in het licht. 13Hij heeft ons gered uit de macht van de duisternis en ons overgebracht naar het rijk van zijn geliefde Zoon, 14die ons de verlossing heeft gebracht, de vergeving van onze zonden.

2: 12-15

12Toen u gedoopt werd bent u immers met Hem begraven, en met Hem bent u ook tot leven gewekt, doordat u gelooft in de kracht van de God die Hem uit de dood heeft opgewekt. 13U was dood door uw zonden en door uw onbesneden staat, maar God heeft u samen met Christus levend gemaakt toen Hij ons al onze zonden kwijtschold. 14Hij heeft het document met voorschriften waarin wij werden aangeklaagd, nietig verklaard en het weggedaan door het aan het kruis te nagelen. 15Hij heeft zich ontdaan van de machten en krachten, Hij heeft hen openlijk te schande gemaakt en in Christus over hen getriomfeerd.

3: 1-17

1Als u nu met Christus tot leven bent gewekt, streef dan naar wat boven is, waar Christus zit aan de rechterhand van God. 2Richt u op wat boven is, niet op wat op aarde is. 3U bent immers gestorven, en uw leven ligt met Christus verborgen in God. 4En wanneer Christus, uw leven, verschijnt, zult ook u in luister verschijnen, samen met Hem.

Het nieuwe leven

5Laat dus wat aards in u is afsterven: ontucht, zedeloosheid, hartstocht, lage begeerten en ook hebzucht – hebzucht is afgoderij –, 6want om deze dingen treft Gods toorn degenen die Hem ongehoorzaam zijn. 7Vroeger hebt u ook die weg gevolgd en zo geleefd, 8maar nu moet u alles wat slecht is opgeven: woede en drift, laster en vuile taal. 9Bedrieg elkaar niet langer, nu u de oude mens en zijn leefwijze afgelegd hebt 10en de nieuwe mens hebt aangetrokken, die steeds vernieuwd wordt naar het beeld van zijn schepper en zo tot inzicht komt. 11Dan is er geen sprake meer van Grieken of Joden, besnedenen of onbesnedenen, barbaren, Skythen, slaven of vrijen, maar dan is Christus alles in allen.

12Omdat God u heeft uitgekozen, omdat u zijn heiligen bent en Hij u liefheeft, moet u zich kleden in innig medeleven, in goedheid, nederigheid, zachtmoedigheid en geduld. 13Verdraag elkaar en vergeef elkaar als iemand een ander iets te verwijten heeft; zoals de Heer u vergeven heeft, moet u elkaar vergeven. 14En bovenal, kleed u in de liefde, dat is de band die u tot een volmaakte eenheid maakt. 15Laat de vrede van Christus heersen in uw hart, want daartoe bent u geroepen als de leden van één lichaam. Wees ook dankbaar. 16Laat Christus’ woorden in al hun rijkdom in u wonen; onderricht en vermaan elkaar in alle wijsheid, zing voor God met heel uw hart psalmen, hymnen en liederen die de Geest u vol genade ingeeft. 17Doe alles wat u zegt of doet in de naam van de Heer Jezus, terwijl u God, de Vader, dankt door Hem.

Zingen                         Lied 695: 1,2,3,4

Uitleg en prediking

Meditatief orgelspel
Geloofsbelijdenis lied 303

Dankgebed en voorbede

Collecte

Slotlied 425

Heenzending en zegen
Gezongen Amen

Orde van dienst 1 september 2024

In deze dienst wordt de doop bediend aan Johannes Robert Daniël Ezra Hoogervorst
Voorganger:                      ds. H.J. Prosman
Organist:                             Dhr. Sjaak Warnaar
Ouderling:                          Mevr. Nel Griffioen
Diaken:                               Dhr. J. Kalshoven

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Zingen                                  Psalm 42: 1,3
Votum en groet
Zingen                                  Psalm 133: 1,3
Smeekgebed
Glorialied:                           413: 1,2,3

Rebeca Demaree-Van Koert zingt: W.A. Mozart, ‘Schlafe, meine Prinzchen, schlaf ein’

Terwijl Ezra de kerk wordt binnengedragen zingen we: Lied 778:1,3,4
Lezen van het doopformulier
Beantwoorden van de doopvragen
Zingen                                  Lied 681
Bediening van de Heilige Doop
Gebed

Schriftlezing: Nehemia 8:2-3, 9-11
Ezra, de priester, haalde het wetboek en toonde het aan de aanwezige mannen en vrouwen, en aan iedereen die in staat was het te begrijpen. Dit gebeurde op de eerste dag van de zevende maand. Op het plein voor de Waterpoort las Ezra de mannen en de vrouwen en iedereen die het kon begrijpen hardop uit het boek voor, vanaf het moment dat het licht werd tot de middag. Allen luisterden aandachtig naar de voorlezing van het wetboek.

Nehemia – hij was de landvoogd –, Ezra, de priester en schrijver, en de Levieten die het volk uitleg gaven, zeiden tegen iedereen: ‘Deze dag is gewijd aan de HEER, uw God; rouw dus niet, en huil niet!’ Het hele volk was namelijk in tranen uitgebarsten toen het de woorden van de wet hoorde. Ezra zei tegen hen: ‘Maak een feestmaal klaar met lekker eten en drinken, en deel ervan uit aan wie niets heeft, want deze dag is gewijd aan onze Heer. Wees niet bedroefd, want de vreugde die de HEER u geeft, is uw kracht.’ De Levieten maanden het volk tot stilte. Ze zeiden: ‘Wees stil, dit is een heilige dag, wees dus niet bedroefd.’ Toen ging iedereen eten en drinken. Ze deelden alles met elkaar en maakten er een groot en vrolijk feest van. Ze hadden begrepen wat hun was verteld.

Zingen                                  Lied 280: 1,2,4,5
Preek

Zingen: Vreugde, vreugde, louter vreugde

Vreugde, vreugde, louter vreugde
is bij U van eeuwigheid,
Schepper, die ‘t heelal verheugde,
bron van eeuwige vreugde zijt.
Gij, die woont in licht en luister,
drijft de schaduwen uiteen.
Hij, die zoekend doolt in ’t duister,
vindt het licht bij U alleen.

Wil ons van uw vreugde geven,
hef ons op tot U omhoog,
Gever van `t onsterf’lijk leven,
die tot ons U nederboog.
Dan gaan wij hier zingend voorwaarts,
onbevreesd in smart en pijn.
Laat ons Heer, door uwe liefde
eeuwig in uw vreugde zijn

Dankgebed en voorbeden
Inzameling van de gaven
Zingen                                  Lied 425:1
Zegen
Gezongen Amen

Na de dienst speelt Sjaak Warnaar: Edward Elgar, ‘Nimrod’

Orde van dienst 25 augustus 2024

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman
Organist:                             Dhr. Arie van Blaaderen
Ouderling:                          Dhr. R. Verhallen
Diaken:                               Dhr. J. Kalshoven

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Introïtus:                             psalm 27:1
Votum en groet
Zingen                                  lied 275:1,2,3,4,5
Gebed om vergeving
Zingen                                  psalm 130:1,2
Genadeverkondiging
Zingen                                  psalm 130:3,4
Gebed bij de opening van het Woord
Jesaja 41:1-14
Wie bepaalt de loop der dingen?
1Zwijg en hoor Mij aan, eilanden.
Laten de volken nieuwe krachten opdoen,
laten ze naderbij komen, laten ze spreken.
Laten we samen een rechtsgeding voeren.
2Wie liet in het oosten een bevrijder opstaan,
wie heeft hem in dienst genomen?
Wie levert volken aan hem uit
en onderwerpt koningen aan hem?
Zijn zwaard maakt hen tot stof,
zijn boog laat hen als kaf verwaaien;
3hij achtervolgt hen en trekt ongehinderd verder,
zijn voeten raken nauwelijks de grond.
4Wie heeft dat tot stand gebracht?
Wie roept de generaties vanaf het begin?
Ik, de HEER, Ik was de eerste
en ook bij de laatsten zal Ik zijn.
5De eilanden zien het met angst en beven,
de einden der aarde komen sidderend naderbij.
6De mensen schieten elkaar te hulp,
de een zegt tegen de ander: ‘Houd moed!’
7De beeldsnijder spoort de goudsmid aan,
hij die met de hamer plet, prijst hem die op het aambeeld slaat.
Hij bekijkt het soldeersel, zegt: ‘Het is goed,’
en zet het beeld met spijkers vast, zodat het niet omvalt.
8Maar jou, Israël, mijn dienaar,
Jakob, die Ik uitgekozen heb,
nakomeling van Abraham, mijn vriend,
9jou die Ik heb weggehaald van de einden der aarde,
die Ik van haar verste uithoeken terugriep –
jou zeg Ik: Jij bent mijn dienaar,
jou heb Ik uitgekozen, Ik heb je niet afgewezen.
10Wees niet bang, want Ik ben bij je,
vrees niet, want Ik ben je God.
Ik zal je sterken, Ik zal je helpen,
je steunen met mijn bevrijdende rechterhand.
11Allen die zich fel tegen je keerden
zullen gehoond worden en te schande staan.
Zij die jou bestreden
worden minder dan niets en gaan te gronde.
12Zij die jou onderdrukten
zijn onvindbaar, je zoekt ze vergeefs.
De vijanden die jou bevochten
zullen verdwijnen in het niets.
13Want Ik ben de HEER, je God,
Ik neem je bij je rechterhand en zeg je:
Wees niet bang, Ik zal je helpen.
14Wees niet bang, kleine Jakob,
arm volk van Israël,
Ik zal je helpen – spreekt de HEER –,
de Heilige van Israël is je bevrijder.
Zingen                                  lied 678:1,3,6,9
Preek
Zingen                                  psalm 34:1,3
Geloofsbelijdenis
1 Ik geloof in God de Vader
Die een bron van vreugde is
louter goedheid en genade
licht in onze duisternis
Hij, de Koning van de kosmos
het gesternte zingt Zijn eer
heeft uit liefde mij geschapen
en tot liefde keer ik weer

2 Ik geloof in Jezus Christus
Die voor ons ter wereld kwam
Zoon van God en Zoon des mensen
goede Herder, Offerlam
Door te lijden en te sterven
groot is het geheimenis –
schenkt Hij mij het eeuwig leven
dat uit God en tot God is

3 Ik geloof dat mijn Verlosser
door de dood is heengegaan
en op Pasen God zij glorie
uit het graf is opgestaan.
Door het brood – dit is Mijn lichaam –
door de wijn – dit is Mijn bloed –
geeft de Vredevorst mij vrede,
maakt Hij alle dingen goed


Dankgebed en voorbeden
Inzameling van de gaven
Slotzang:                             lied  838:2
Zegen
Gezongen Amen


Orde van dienst 18 augustus 2024 – Bediening Heilig Avondmaal

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman
Organist:                             Dhr. Ad van Pelt
Ouderling:                          Dhr. Robert Verhallen
Diaken:                               Dhr. Steven de Feij

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist
https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Zingen                                  Psalm 34:4         
Votum en groet
Zingen                                  Lied 216:1,2,3
Smeekgebed
Gloria:                                  Lied 413:1,2,3
Gebed
Schriftlezing: Marcus 7: 31-37
31Hij vertrok weer uit de omgeving van Tyrus en ging via Sidon naar het Meer van Galilea, dwars door het gebied van de Dekapolis. 32Daar werd iemand bij Hem gebracht die doof was en gebrekkig sprak, en men smeekte Hem om deze man de hand op te leggen. 33Hij nam de man apart, weg van de menigte, stak zijn vingers in diens oren en raakte met speeksel zijn tong aan. 34Hij sloeg zijn blik op naar de hemel, zuchtte diep en zei tegen hem: ‘Effata!’, wat betekent: ‘Ga open!’ 35Daarop gingen zijn oren open, zijn tong kwam los en hij kon normaal spreken. 36Hij beval de omstanders om aan niemand te vertellen wat er gebeurd was; maar hoe strenger Hij het hun verbood, hoe meer ze het rondvertelden. 37De mensen waren geweldig onder de indruk en zeiden: ‘Alles wat Hij doet is goed: zelfs doven laat Hij horen en stommen laat Hij spreken.’

Zingen                                  Lied 534:1,2,3,4
Preek
Zingen                                  lied 713:1,2,3
Lezen van het Avondmaalsformulier
Zingen                                  Psalm 107:1,2,3
Viering van het Heilig Avondmaal
Zingen                                  Psalm 103e:1   Nederlandse tekst

Prijs de Heer, mijn ziel,
en prijs zijn heil’ge Naam.
Prijs de Heer, mijn ziel;
die mij het leven geeft.

Dankgebed
Inzameling van de gaven
Zingen                                  Psalm 103:7
Zegen
Gezongen Amen